Dwarslaesie

Algemeen

Bij een dwarslaesie zijn er zenuwen van de ruggenmerg helemaal of voor een deel kapot. De zenuwen geven dan minder of helemaal geen signalen meer door aan de organen, zoals de blaas of darmen. Of aan de armen en/of benen. U heeft hierdoor minder of geen gevoel en kunt minder of niet bewegen in sommige delen van uw lichaam. Ook kunnen organen minder goed werken. Bijvoorbeeld de blaas of darmen.

Op welke plekken kan het ruggenmerg beschadigd zijn?

  • Als de zenuwen niet allemaal stuk zijn of een beetje beschadigd, heet dit een niet-complete dwarslaesie.
    U heeft nog gevoel in uw anus of kunt deze nog aanspannen.
  • Zijn de zenuwen helemaal kapot, dan heet dit een complete dwarslaesie.
    U heeft dan geen gevoel in uw anus. U kunt uw anus ook niet aanspannen.

Hoe hoger in uw ruggenmerg de schade zit en hoe groter de schade is, hoe meer klachten u heeft.

  • Hoge dwarslaesie. Het ruggenmerg in uw nekwervels of bovenste borstwervel is kapot.
    U heeft dan klachten in uw armen, benen, romp en organen.
  • Lage dwarslaesie. Het ruggenmerg in de tweede borstwervel of lager is kapot.
    Dan kunt u uw armen en handen meestal wel gebruiken, maar uw onderlichaam niet. Ook organen werken minder goed.
  • Cauda-laesie. De zenuwen onder het onderste deel van het ruggenmerg (dit heet cauda) zijn kapot.
    U kunt dan moeite hebben met lopen en staan. Ook kunt u last hebben van uw blaas en darmen en seksuele problemen krijgen.

Symptomen

Welke klachten u krijgt, hangt af van de plek waar de schade zit en hoe erg kapot de zenuwen zijn. U heeft bijvoorbeeld 1 of meer van deze klachten:

  • Minder kracht of helemaal geen kracht (verlamming) inledematen.
  • U voelt minder of geen pijn. Ook voelt u niet dat u al lange tijd op dezelfde manier zit of ligt. Daardoor kunt u sneller wonden of brandplekken krijgen.
  • U kunt niet meer zelf ademhalen bij een hele hoge dwarslaesie.
  • Pijn in de delen van het lichaam die verlamd zijn. Vaak is het een branderig gevoel.
  • Uw spieren kunnen uit zichzelf aanspannen. Dit heet een spasme. U maakt dan bewegingen zonder dat u het wilt. Dit kan pijn doen. Ook kan het lastig zijn om te zitten, te bewegen of te slapen.
  • U voelt niet dat u moet poepen of plassen. U heeft hulpmiddelen nodig om uw blaas en darmen te legen. Bijvoorbeeld een katheter of darmspoel-apparaat.
  • U heeft seksuele problemen. Bij vrouwen is de vagina bijvoorbeeld minder vochtig en minder gevoelig bij het vrijen. Mannen kunnen moeilijk een erectie en zaadlozing krijgen.
  • Psychische problemen.
  • Drukplekken. Uw huid gaat stuk doordat u veel in dezelfde houding zit of ligt.
  • Problemen met botten. Bijvoorbeeld zwakkere botten door botontkalking of botgroei op plaatsen waar het niet hoort.

Oorzaken

Door een ongeluk of val kunnen wervels breken en verschuiven. Hierbij kunnen ook de zenuwen kapot gaan. Ook door een maligniteit kan het beschadigd raken.

Diagnose

Op basis van klinische kenmerken + aanvullend onderzoek.

Beleid

Er kunnen 2 dingen gedaan worden in 1 operatie:

  • de wervelkolom stevig maken (dat heet stabilisatie). De chirurg zet de wervels vast met schroeven en staven.
  • in de wervelkolom genoeg ruimte maken voor het ruggenmerg. Dit is alleen nodig als er vocht of een bloeding in het ruggenmerg zit.

Beloop

  • Bij een niet-complete dwarslaesie kunnen de klachten minder worden. Zenuwencellen met schade kunnen weer gaan werken. Dat kan wel een jaar tot anderhalf jaar duren.
  • Bij een complete dwarslaesie is de kans dat de klachten minder worden heel klein.

Na het ziekenhuis gaan veel mensen naar een revalidatiecentrum met een speciale afdeling voor dwarslaesie. U krijgt hulp van een team met een revalidatiearts, verpleegkundige, psycholoog, ergotherapeut en fysiotherapeut.

  • U leert hoe u zelf weer dingen kunt doen en welke hulpmiddelen er zijn.
  • Een dwarslaesie zorgt voor veel onzekerheid en verdriet. U krijgt hulp om te verwerken wat u meemaakt.
  • Ook voor uw partner en familieleden verandert er veel. Ook zij kunnen hulp krijgen in het revalidatiecentrum.

De meeste mensen blijven tussen 3 en 9 maanden in een revalidatiecentrum. In de weekenden gaat u wel naar huis als dat kan.

Bijlagen

Meer informatie:

Op de website van Dwarslaesie Organisatie Nederland vindt u revalidatiecentra voor mensen met een dwarslaesie.

Referentie: Thuisarts