Gebroken teen

Algemeen

Fracturen van een of meerdere tenen komen regelmatig voor. Ze behoren tot de meest gediagnosticeerde fracturen van de onderste extremiteit in de huisartsenpraktijk. Bij kinderen loopt een teenfractuur vaak door de epifyse en veroorzaakt een zogeheten Salter-Harris epifysefractuur. Zoals geldt voor alle fracturen kunnen teenfracturen enkelvoudig of comminutief, intra- of extra-articulair en gesloten of gecompliceerd zijn, al of niet met een doorbloedings- of innervatiestoornis. Typisch voor teen- en vingerfracturen is het al dan niet erbij betrokken zijn van de nagel. Dit kan zijn een totale losscheuring van het nagelbed (avulsie), een inscheuring, of het ontstaan van een subunguaal hematoom. Bij eindfalanxfracturen vormt een intacte harde teennagel een natuurlijke spalk voor de fractuurdelen. Soms is het trauma zo heftig dat partiële of totale amputatie van een of meerdere tenen opgetreden is.

Symptomen

  • Zwelling
  • Ecchymose (Blauwe teen)
  • Pijn
  • Deformiteit
  • Subunguaal hemtaoom >> ontlasten

Oorzaken

  • Een val van een voorwerp op de tenen (crushletsel).
  • Het stoten van de tenen.
  • Een sport- of verkeersletsel (ergens met de voorvoet achter blijven haken).
  • Een veelvoorkomende oorzaak voor het breken van de kleine teen is het ’s nachts in het donker stoten tegen een poot van het bed of een stoel.

Diagnose

  • Aanvullend (röntgen)onderzoek is vaak niet nodig.
  • Onderscheidend van een contusie zijn bilaterale compressiepijn ter plaatse van de fractuur en asdrukpijn van de teen.
  • Ook een afwijkende stand van een teen past bij een fractuur, maar er kan daarnaast sprake zijn van een intra-articulaire luxatie of van een peesruptuur met secundaire deviatie en functio laesa.
  • Bij een luxatie bestaat instabiliteit van het gewricht met positieve stresstest van een collaterale band, tenzij het een luxatie door een intra-articulaire avulsiefractuur betreft.
  • Vraag altijd of er voor het trauma al een dwangstand of deformatie van deze teen of andere tenen bestond.

Rontgenfoto:

Standaard röntgenopnames

  • AP en 3/4 van de voet
  • Ter uitsluiting luxatie en forse dislocatie bij moeilijk te beoordelen voeten

Beschrijving van fractuur:

  • Intra- of extra-articulair?
  • Type fractuur: dwars, spiraal, comminutief, avulsie
  • Niveau van fractuur: distaal, schacht, proximaal
  • Mate van dislocatie: geen, <2 mm, 2 -5mm, >5mm
  • Mate van angulatie: geen, 1-10o, 11-20o, >20o

Beleid

Conservatief

Indicatie: álle extra-articulaire fracturen dig. 2 t/m 5. (vaak ook intra-articulaire)
Behandeling:
– buddytape gedurende 2 weken.
– stevige schoen voor 4-6 weken
– dragen van smalle schoenen pas na 3 maanden
– Repositie bij afstaande teen / dislocatie met X-controle nadien

Hallux:  stevige schoen of gips gedurende 4 weken

Operatief

Vrijwel nooit, alleen bij ernstige weke delen letsel, maar dan is het weke delen letsel de indicatie of bij luxaties
Indicatie: vnl. Hallux
Behandeling: repositie + K-draadfixatie (percutaan) 

Verwijzing:

Indicaties voor specialistische verwijzing van teenfracturen zijn:

  • gecompliceerde fracturen
  • niet te reponeren of redislocerende fracturen
  • een persisterend verminderde teendoorbloeding. Overweeg ook verwijzing bij (verdenking van) een fractuur van de hallux. De grote teen is belangrijk voor een goede voetafwikkeling. Vraag bij twijfel over de indicatie tot behandeling of over het resultaat van de uitgevoerde behandeling altijd specialistisch advies.

Beloop

  • De duur van de botgenezing bedraagt 6‐12 weken
  • Het functioneel herstel bedraagt 2 maanden

Sport- en werkhervatting

  • 6 weken geen sport waarbij de teen gestoten kan worden
  • – Van belang is goed te luisteren naar het lichaam waarbij de stelregel gehanteerd kan worden dat “au” “ho” is!

Verwijzing fysiotherapie:

  • Bij een compensatoir looppatroon na 6 weken

Complicaties

Complicaties van teenfracturen zijn: een non-union of delayed-union. Dit uit zich in persisterende pijn met verstoring van de voetbelasting of loopstoornis, ondanks een zorgvuldig uitgevoerde immobilisatie. Andere complicaties zijn: een afwijking van de stand van de teen met deviatie, overkruising of rotatie, een later optredende osteomyelitis of een manifeste artrosis.

Nazorg

Tromboseprofylaxe is niet geïndiceerd, mits de patiënt voldoende mobiel is. Adviseer pijnstillers naar behoefte en bespreek de wijze van mobilisatie door hakloop of onbelast lopen met krukken. Instrueer op het ontstaan van wondjes, vooral bij patiënten met diabetes mellitus. Laat de patiënt de tape zo nodig verwisselen indien deze voortijdig loslaat. Controle is alleen nodig bij een afwijkend beloop, zoals persisterende pijn. In totaal moet de tape drie weken (grote teen vier weken) blijven zitten. Hierna kan deze verwijderd worden indien er geen fractuursymptomen meer bestaan.

Bijlagen

Instructies voor patienten:

Voor een goede genezing zijn de volgende instructies belangrijk:

  • Laat de buddy tape 1 tot 2 weken zitten. Zo nodig mag u de tape en het gaasje vervangen, bijvoorbeeld om hygiënische redenen. Dit kunt u kopen bij de drogisterij. Instructies voor het opnieuw aanbrengen van de tape en het gaasje kunt u vinden in de app.
  • U mag uw voet belasten op geleide van pijnklachten, eventueel met behulp van krukken. Dat wil zeggen dat u de voet kunt gebruiken zolang u de pijn kunt verdragen.
  • Plaats uw voet hoog bij rust, zodat de zwelling kan afnemen. Dit vermindert de druk en de eventuele pijn.
  • Het is belangrijk dat u zo snel mogelijk begint met bewegen om te voorkomen dat de teen stijf wordt.
  • We raden u af om de eerste 3 weken te sporten. Daarna mag u weer sporten als de pijn dat toelaat.
  • Heeft u pijn? Gebruik dan paracetamol. Wacht niet met paracetamol nemen totdat u te veel pijn heeft. Neem het altijd verspreid over de dag in. U kunt maximaal 4x per dag 2 tabletten van 500 mg paracetamol innemen op vaste tijden.

Referentie: Henw

Auteur: drs. H.I.Uslu