Epistaxis

Algemeen

Er zijn twee typen epistaxis ingedeeld naar de anatomische oorsprong van de bloeding.

De anterieure epistaxis: Dit is de meest voorkomende soort epistaxis (>90%). Deze vindt zijn oorsprong vóór in de neusholte, in een gebied genaamd de locus Kiesselbachi. De locus Kiesselbachi (of gebied van Little’s) is een vaatkluwe ontstaan uit het samenkomen van vijf verschillende arteriën. Bij deze bloeding komt het bloed met name vóór uit de neus.

De posterieure epistaxis: Vindt zijn oorsprong achter in de neusholte vanuit takken van de arteria sphenopalatina. Deze bloedingen ontstaan meestal achter de middelste concha (neusschelp) of vanuit de achterzijde van het dak van de neusholte en hebben vaker een medische interventie nodig.

Oorzaken

Het slijmvlies dat aan de binnenkant van de neus zit, is dun en vrij kwetsbaar. Door het slijmvlies lopen veel bloedvaatjes. Als zo’n bloedvaatje stuk gaat, kan dat een bloedneus geven. Dit gebeurt bijvoorbeeld door:

  • een tik op de neus
  • neuspeuteren
  • iets in de neus, bijv. een steentje of kraaltje
  • droge lucht of verkoudheid
  • ouderdom: oudere mensen hebben wat zwakkere bloedvaatjes door slijtage
  • Door bloedverdunnende medicijnen stolt het bloed minder snel. Een kapot bloedvaatje bloedt dan langer door dan normaal.

Een andere indeling is die van lokale en systemische oorzaken.

Lokale oorzaken zijn: Neustraumata (bv peuteren), rinitis, maligne tumoren van de neusbijholten en nasopharynx en het benigne juviniele angiofibroom.

Systemische oorzaken zijn: hypertensie, vaat anomalieën (bv Rendu-Osler Weber), stollingsstoornissen (inclusief doorgeschoten antistollingstherapie), uremie, hormonaal (bijvoorbeeld tijdens de zwangerschap) en teleangiëctastieën.

Medicamenteuze oorzaken: neussprays (uitdroging en atrofie slijmvliezen), anticoagulantia en NSAIDs (stollingsproblemen).

Symptomen

  • Bloedingen vanuit de binnenzijde van de neus, de neusholte
  • Vaak unilateraal , soms bilateraal (bijv. bij stollingsstoornissen en trauma).
  • Bij een anterieure bloeding komt het bloed met name voor uit de neus gelopen, bij een posterieure bloeding loopt het bloed meestal de keel in.
  • Significante hoeveelheden bloed in de maag zal misselijkheid veroorzaken.
  • Bloedneuzen (actieve en doorgemaakte) gaan vaak gepaard met neusobstructie vanwege stolselvorming in de neus.

Diagnose

Rinoscopie
   –erosies slijmvlies
   –locatie actief bloedverlies (anterieur of posterieur)
   –corpus alienum

Onderzoek de keel (bloed farynxwand)

Beleid

Adviezen:

  • Ga eerst rustig zitten en snuit flink uw neus.
  • Daarna neus vlak onder het neusbeen dichtknijpen, waar het zachte deel van de neus begint. Hierbij het hoofd licht voorover buigen.
  • Adem rustig door uw mond.
  • Blijf minstens 5 minuten lang zo zitten met uw neus dichtgeknepen.

Bijna alle bloedneuzen gaan zo over.

Als u vaak een bloedneus heeft, kunt u het beste zachtjes snuiten en niet in uw neus peuteren.
Zorg ervoor dat de lucht in uw huis niet te droog is. In de winter kunt u bijv. vochtige handdoeken over de verwarming hangen of bakjes water op de verwarming zetten.

Medicatie

Zelf behandelen:

Glycerine/ Lanoline/ Vaseline 33/33/33 neuszalf
– 3dd aanbrengen om korst voor in neus zachter te maken

Xylometazoline HCL neusspray 1MG/ML
– 3dd 1 tot 2 sprays, <2jaar alleen bij slecht drinken: max 1 week

door een arts:

1. Gedrenkt gaasje met anestheticum én vasoconstrictivum

  • Laat de patiënt éénmalig krachtig uitsnuiten en / of zuig eventuele stolsels weg
  • Breng wattenstrookjes gedrenkt in een lokaal anestheticum (lidocaïne 4%) én een lokaal vasoconstrictivum (xylomethazoline of adrenaline 1%) in de neusgang waar de bloeding zit. Alternatief: tranexaminezuur
  • Wacht 5 tot 10 minuten
  • Verwijder de watten en controleer of de bloeding gestelpt is
  • Herhaal zo nodig

2. Gedrenkt gaasje met traneximinezuur

3. Merocel neustampon 2000 standard L 8 CM

Indien stap I en II  niet (voldoende) resultaat geven kan een schuimtampon ingebracht worden

  • Inspecteer de neusgangen en verwijder (zo veel mogelijk) bloed(stolsel)
  • Breng één (of twee) merocel tampon(s) in het aangedane neusgat
    • Bij voorkeur 7-8cm lange meroceltampon gebruiken
    • Eerste centimeter 90% tov het horizontale vlak inbrengen om het vestibulum te passeren
    • De rest van de inbrengbeweging dient in het horizontale vlak (over de bodem van de neusgang) plaats te vinden
  • Laat de tampon zich vullen met xylomethazoline óf adrenaline 1%
  • Breng zo nodig een “snorretje” aan voor eventuele na-lekkag
  • Na 2-4 dagen controle afspraak

Bijlagen

Referentie: Thuisarts, Medicom formularium, Farmacotherapeutischkompas