Hielspoor (Fasciitis plantaris)

Algemeen

Onder de voet zit een brede pees. De pees zit tussen de hiel en de tenen. De plek waar de pees aan de onderkant van de hiel vastzit, kan pijn doen. Deze pijn noemen we hielspoor. Hielspoor komt vooral voor bij mensen tussen de 40 en 60 jaar. Bij kinderen komt hielspoor weinig voor. Meestal komt hielpijn bij kinderen door iets anders. Bijvoorbeeld door de ziekte van Sever.

Symptomen

U voelt soms een felle pijn onder uw hiel. De pijn is langzaam begonnen en steeds erger geworden.

U kunt de pijn voelen:

  • bij (lang) staan en lopen
  • bij opstaan in de ochtend: de eerste stappen zijn het pijnlijkst
  • als u gaat lopen nadat u lang heeft gezeten
  • bij het begin van een sport-training, bijvoorbeeld bij de warming-up
  • als u met blote voeten op een harde vloer loopt
  • als u op de pijnlijke plek onder uw hiel drukt
  • de pijn kan meestal worden opgewekt door palpatie van de mediale zijde van de calcaneus.

Als u zit of ligt, verdwijnt de pijn meestal.

Oorzaken

Ontstaat door er lang of veel spanning is geweest op de pees onder de voet. Bijvoorbeeld bij heel lang staan of rennen. De pees trekt dan hard aan de plek waar deze vast zit aan de hiel. Dit zorgt voor pijn op deze plek.

Risicofactoren:

  • Obesitas, te lang staan of lopen, hardlopen, weinig bewegen.
  • De onderkant van de voeten is plat (platvoeten) of juist hol (holvoeten).
  • Korte achillespees (pees op de hiel).
  • Korte kuitspier.

Diagnose

Anamnese

  • lokalisatie van de pijn: uni- of bilateraal, onder de hiel, mediale zijde?
  • het moment waarop de meeste pijn wordt ervaren: ’s ochtends?, op andere momenten na langdurige rust?
  • wijze en moment van ontstaan (afwezigheid van acuut trauma?)
  • duur, beloop, ernst.
  • mogelijk predisponerende factoren
    • lang staan of lopen
    • op blote voeten lopen of verandering van schoeisel
    • belasting door lang of snel lopen (werk, sport, hobby’s)
  • aandoeningen die kunnen wijzen op een andere oorzaak (denk aan bekende maligniteit, (symptomen van een) neurologische aandoening, systeemziekte, spondylartropathie, infectie, atrofie van het hielkussen, stressfractuur)

Lichamelijk onderzoek

  • Lokalisatie en type pijn
  • Hiel:
    • afwezigheid van zwelling, roodheid, warmte of atrofie
    • pijn opwekbaar ter plaatse van de mediale tuberkel van de calcaneus
  • Voet:
    • standsafwijking
    • beperkte mogelijkheid tot dorsiflexie bij gestrekt been
    • schoenen
  • Obesitas

Aanvullend onderzoek

  • We bevelen geen aanvullend onderzoek aan.
  • Vraag geen röntgenfoto aan om hielspoor aan te tonen (benige uitloper van het mediale tuberkel van de calcaneus, te zien op een röntgenfoto); er lijkt geen causale relatie te zijn tussen hielspoor en klachten van fasciitis plantaris.
  • Vraag alleen een röntgenfoto aan als er twijfel bestaat over de aanwezigheid van een stressfractuur van de calcaneus.
  • Houd in het achterhoofd dat een stressfractuur niet altijd zichtbaar is op een röntgenfoto.

Evaluatie

  • Denk aan fasciitis plantaris bij volwassenen met geleidelijk ontstane pijn aan de onderzijde van de hiel waarbij sprake is van startpijn, pijn na lang lopen en pijn die is op te wekken bij palpatie van de mediale zijde van de calcaneus.
  • Wees alert op de aanwezigheid van een stressfractuur:
    • pijn lijkt soms spontaan te ontstaan of na toegenomen trainingsintensiteit
    • pijn ontstaat bij belasten en verergert bij toenemende belasting, later ook pijn in rust
    • is soms lastig te onderscheiden van fasciitis plantaris
  • Wees alert op zeldzamere, soms ernstige oorzaken van plantaire hielpijn bij verschijnselen die niet passen bij het normale beloop van fasciitis plantaris:
    • maligniteit (alarmsymptomen zijn nachtelijke pijn en maligniteit in de voorgeschiedenis)
    • zenuwcompressie of neuropathie (brandende pijn, hyperesthesie)
    • systeemziekte (bilaterale pijn)
    • spondyloartritis (aanwezigheid van uveïtis, psoriasis, inflammatoire darmziekte, inflammatoire rugpijn of artritis)
    • infectie
    • atrofie van het hielkussen
    • gevolgen van acuut trauma

Beleid

Adviezen

  • Niet heel lang achter elkaar lopen of staan.
  • Blijf wel in beweging.
  • Loop niet op blote voeten als de pijn daardoor erger wordt.
  • Draag schoenen waarmee u zo weinig mogelijk pijn heeft.
    Bijvoorbeeld: schoenen die veel steun geven, met een hard of zacht voetbed
  • Als u gaat sporten: voorkom dat de pijn erger wordt. Dit zijn de adviezen:
    • Sport minder hard dan eerst.
    • Begin elke keer rustig en bouw langzaam op.
    • U kunt beter niet sporten op harde grond als dit pijn doet. Sport liever op gras of in het bos.
  • Als u pijn blijft houden als u sport: kies voor een sport waarbij u minder op uw voet leunt, loopt of rent. Bijvoorbeeld zwemmen of fietsen.

Probeer de adviezen in ieder geval 3 maanden uit te voeren.

Medicatie

  • Bij veel pijn kunt u

Andere behandelmogelijkheden:

Meestal worden de klachten van hielspoor vanzelf minder. U kunt wachten of dit gebeurt. U kunt proberen of de adviezen u helpen.

Houdt u toch veel of lang klachten? Dan kunt u 1 of meer van de behandelingen hieronder proberen.

  • Oefeningen (>3 maanden) doen (zie bijlagen) om uw voetpees en kuitspier te rekken en sterker te maken.
  • Inlegzool in uw schoen leggen.
  • ‘S nachts een stijve spalk of speciale Strassburg-sok dragen (>3 maanden).
    De spalk of sok houdt uw voet recht, richting uw knie. Dit zorgt ervoor dat de pees onder uw voet steeds een beetje uitgerekt blijft.
  • Tape om uw voet laten doen (intapen), een fysiotherapeut kan dit doen.
    Dit zorgt ervoor dat de pees onder uw voet steeds een beetje uitgerekt blijft. Sommige mensen hebben hierdoor minder pijn.
  • Koelen kan de pijn tijdelijk minder maken.

Deze behandelingen raden we niet aan: Dunne naaldjes in de spier (dry-needling), schokgolf-behandeling (shock-wave-behandeling)

Beloop

De meeste mensen hebben na een jaar geen klachten meer.

Controles en verwijzing

Controles

  • Instrueer de patiënt terug te komen als de klachten verergeren of na een aantal maanden niet overgaan.
  • Overweeg een controleafspraak indien behandeling wordt afgesproken, om het effect te evalueren.
  • Sta tijdens controleconsulten stil bij eventuele beperkingen die de patiënt ervaart door de klachten.

Consultatie en verwijzing

Orthopeed

Verwijs bij

  • twijfel over de diagnose
  • afwijkend beloop (bijv. progressieve klachten ondanks adequate aanpassing van activiteiten en schoeisel)
  • substantiële standsafwijkingen of bewegingsbeperking van de voet die duidelijk lijken bij te dragen aan de klachten

Sportarts

Overweeg verwijzing bij (semi)professionele sportbeoefenaars met langdurige of recidiverende klachten die interfereren met sportbeoefening.

Bedrijfsarts

Adviseer de patiënt contact op te nemen met de bedrijfsarts:

  • als er mogelijk een relatie is tussen de klachten en de arbeidssituatie, bij werkverzuim

Bijlagen

Foto’s:

Oefeningen bij hielspoor

Oefeningen voor rekken en sterker maken van uw voet:

  • Kniel op 1 been en laat daarbij de tenen van dat been op de grond.
  • Of pak de tenen van 1 voet en trek ze zo veel mogelijk naar u toe.
  • Ga op een stoel zitten met blote voeten op het begin van een uitgerolde handdoek. Krabbel met uw tenen de rest van de handdoek stukje voor stukje naar u toe.
    Als u de oefening zwaarder wilt maken, legt u eerst een boek op het uiteinde van de handdoek.

Oefening voor rekken en sterker maken van uw kuit:

  • Ga met de voorste helft van uw voeten op een traptrede staan, zodat uw hielen zweven boven de grond.
  • Zet uw voeten naast elkaar met ruimte ertussen (een voetlengte).
  • Sta rechtop.
  • Houd uw knieën gestrekt.
  • Zorg dat u zich ergens aan vast kunt houden (bijvoorbeeld de trapleuning).
  • Ga zo hoog mogelijk op uw tenen staan en houd dit 5 seconden vast.
  • Zak daarna met uw hielen zover naar beneden dat ze lager komen dan de traptrede. Houd dit 5 seconden vast.
  • Ga daarna weer 5 seconden op uw tenen staan.
  • Blijf steeds rechtop staan, met uw knieën gestrekt.
  • Doe deze oefening 3 minuten lang.
  • Doe het om de dag.
  • Probeer na 1 week oefenen eens of u het ook kunt zonder dat u zich vasthoudt.
  • Als de oefening pijn doet, kunt u deze beter nog niet doen. Ga dan liever wandelen of fietsen.

Referenties: Thuisarts, NHG-standaard, Medicom formularium