Symptomen
- In het begin zijn alleen de enkels dik, vooral ’s avonds.
- Langzaam kunnen de hele onderbenen dik worden.
- Als u met een vinger op uw huid drukt, blijft er even een deukje in.
- Moe, zwaar of gespannen gevoel in de benen.
- Jeuk in de benen, soms pijn.
- ’s Nachts soms kramp in de benen.
- De bloedvaten kunnen dikker worden: spataderen.
- De huid van uw enkels en onderbenen kan veranderen:
- De kleur kan lichtbruin, donkerbruin, rood of blauwig worden.
- De huid kan gaan schilferen en er kunnen korstjes opkomen. Er kunnen harde plekken in komen.
- De huid gaat snel kapot. Dan kan een wond ontstaan die moeilijk weer dichtgaat. Dit noemen we een open been.
Mechanisme bij slechte vaten
Slagaderen brengen het bloed van uw hart naar alle lichaamsdelen.
Via aderen stroomt het bloed weer terug naar uw hart.
3 dingen zorgen ervoor dat het bloed uit uw benen terugstroomt naar het hart:
- de druk van de kuitspieren op de aderen
- de stevigheid van de wand van de aderen
- de kleppen in de aderen
Wordt de wand van de aderen slapper en gaan de kleppen niet meer goed dicht, dan blijft er te veel bloed in de aderen van de benen. De druk in de aderen wordt groter. Daardoor kan er vocht door de wand van de aderen lekken. Er komt meer vocht in uw benen. Daardoor worden ze dikker.
Differentiaal diagnose
DDx bovenste extrimiteiten
- SVC-syndroom
- Diep veneuze trombose van de bovenste extremiteit
- Lymfatische obstructie
- Sympathische reflexdystrofie
- Eosinofiele fasciitis
DDx onderste extrimiteiten
Cardiovasculair
- Congestief hartfalen ( CHF ) ( rechts )
- Pericardiale effusie
- Pericarditis
- Tricuspid regurgitatie
- Tricuspidstenose
- Pulmonale stenose
- Cor pulmonale
- Veneuze insufficiëntie ( meest voorkomend )
- Veneuze obstructie
Niet-cardiovasculair
- Weinig loopt of bewegen
- Trombose
- Spataderen
- Cirrose
- Laag albumine ( nefrotisch syndroom, ondervoeding, eiwitverliezende enteropathie )
- Cellulitis
- Premenstruele vochtretentie
- Geneesmiddelen ( vaatverwijders, bijv. Calciumantagonisten, zouthoudende medicijnen, bijv. NSAID’s, thiazolidinedionen )
- Musculoskeletaal ( Baker’s cyste, gastrocnemius traan, compartiment syndroom )
- Lymfatische obstructie
- Pre-eclampsie-eclampsie
- Myxoedeem
- Lymfatische filariasis
- Eosinofiele fasciitis
Beleid bij slechte aderen
De behandeling van dikke benen bestaat uit:
- drukverband
- en lopen en bewegen
Drukverband
- De onderbeen moet in het begin vaak nieuw drukverband krijgen. In het begin elke dag, later 3 keer per week.
- Meestal doet de wijkverpleegkundige of praktijkassistente dit. Het verband blijft dag en nacht zitten.
- Als de been niet meer zo dik is, is 2 keer per week nieuw verband genoeg.
- Drukverband is nodig totdat uw been niet meer dik is.
Lopen en bewegen
- Beweeg elke dag een halfuur extra. Ga wandelen of fietsen. Neem de trap, niet de lift.
- Blijf niet de hele dag in uw stoel zitten. Kom er minimaal elk uur even uit om een stukje te lopen.
- U kunt ook oefeningen doen:
- Ga op uw tenen staan en dan weer op uw hielen, steeds op en neer.
- Als u zit of ligt, kunt u met uw voeten op en neer bewegen.
Zo oefent u de kuitspieren. De kuitspieren pompen bloed terug naar het hart.
Soms kan een rollator bijvoorbeeld helpen. Of kan een fysiotherapeut u helpen.
De benen hoog leggen
Leg uw benen hoog als u zit of ligt.
Medicatie
Bij hartfalen plastabletten.
Steunkousen bij dikke benen
- Als de been niet meer dik is, is het belangrijk dat u elastische steunkousen gaat dragen. Die drukken op uw aderen.
- Het wordt aangemeten door een
Zwachtelen
Comprilan compressiebox
Compressiebox klin startset ambul therapie
Bijlagen
Referentie: Thuisarts