Ouderdomswrat

Algemeen

Ouderdomswratten zijn veel voorkomende goedaardige vormsels aan de huid, met name bij oudere mensen (boven de 50 jaar). De afwijkingen kunnen echter ook reeds bij mensen boven de 30 ste jaar worden gezien. Zij komen bij mannen en vrouwen even vaak voor, maar komen bij gekleurde rassen veel minder voor. De Latijnse benaming is verruca seborrhoica (Engels: seborrheic keratosis).

Symptomen

1-3 centimeter groot. Het zijn ruwige, onregelmatige, bruinige, soms wat vettige, plekken die bovenop de huid lijken te liggen. Soms zijn de wratten gelig of huidkleurig. Maar ze kunnen ook donkerbruin of haast zwart zijn.

In een ouderdomswrat zitten vaak kloven en scheurtjes. Deeltjes van een ouderdomswrat kunnen soms als kruimeltjes loslaten of afbrokkelen. Meestal heeft u meer dan één ouderdomswrat. Ouderdomswratten zitten het meest in het gezicht (vooral vóór de oren, op de slapen), op de rug of borst, en in de nek. Ouderdomswratten kunnen ook jeuken.

Oorzaken

Ouderdomswratten ontstaan waarschijnlijk als gevolg van het ouder worden van de huid. Bij uitgebreide vormen speelt ook een erfelijke factor een rol. Tot nu toe is er geen relatie aangetoond tussen ouderdomswratten met virussen,  bacteriën of parasieten, zonblootstelling of voeding.

Wat is het Leser-Trélat syndroom?

Bij het zeer zeldzame Leser-Trélat syndroom ontstaan er binnen een korte periode talrijke ouderdomswratten op de romp. Het syndroom wordt vaak gezien bij oudere mensen. De meeste patiënten hebben daarbij ook veel jeuk op en rondom de wratten. Het syndroom is gerelateerd aan een onderliggende kanker van de inwendige organen, met name maag en darm maar ook aan borstkanker, lymfomen en leukemie. Het mechanisme is nog onduidelijk maar men denkt dat de wratten zijn ontstaan door de groeifactoren die door de tumorcellen worden gemaakt. Sommigen zeggen weer dat dit syndroom niet bestaat en dat het gewoon een toevallige samenloop is van twee omstandigheden. Oudere mensen kunnen immers zonder enige oorzaak vele ouderdomswratten krijgen. Ook hebben oudere mensen sowieso meer kans op het krijgen van een vorm van kanker.

Diagnose

Op basis van klinische kenmerken.

Stansbiopt
Is het niet helemaal zeker dat het een gewone ouderdomswrat is? Dan wordt er soms een klein stukje uitgehaald om in het laboratorium te onderzoeken. Dit gebeurt met een klein buisje met een scherpe rand (stans). Het lijkt een beetje op een klein appelboortje. Het ronde stukje dat uit de huid wordt genomen noemen we een stansbiopt.

Beleid

Een ouderdomswrat kunt u gewoon laten zitten. Er is geen behandeling nodig. Zit een ouderdomswrat in de weg of vindt u het niet mooi dan zijn er een paar manieren om een ouderdomswrat te verwijderen.

Afschaven:
Ouderdomswratten zijn vaak gemakkelijk af te schaven met een zogenaamde scherpe lepel. De huid kan vooraf met een injectie worden verdoofd, maar vaak is dat niet eens nodig. Er blijft een oppervlakkig schaafwondje over, dat snel en meestal zonder litteken geneest.

Bevriezen met vloeibare stikstof:
Ouderdomswratten kunnen ook worden bevroren: dit gebeurt vaak met een wattenstaaf die gedoopt wordt in de vloeibare stikstof en dan op de ouderdomswrat wordt gedrukt. Het geeft een brandend, prikkend gevoel. De wrat bevriest en verdwijnt daarna. Soms ontstaat er een blaar door de bevriezing. Bevriezen kan ook met een stikstofspray. Hierbij wordt een heel dun straaltje stikstof naar de plek gespoten. Vaak moet u een aantal keren laten bevriezen.

Snijden
Lijkt de plek meer op een moedervlek dan wordt deze nog wel eens helemaal weggesneden. Daarbij wordt de huid vooraf verdoofd met een injectie. Het wondje wordt gehecht en het weggesneden stukje wordt opgestuurd voor onderzoek.

Meerdere ouderdomswratten verwijderen
Sommige mensen kunnen helemaal onder de wratten zitten. De wratten zitten dan niet alleen in het gezicht maar ook op de romp en ledematen. Met de CO2 laser is het mogelijk om al deze wratten tijdens één of twee sessies te verwijderen. Grotere wratten worden dan eerst plaatselijk verdoofd.

Beloop

Ouderdomswratten gaan niet vanzelf weg. Ze kunnen echter wel groter worden en soms irriteren. Ze zijn niet besmettelijk en kunnen ook niet kwaadaardig worden.

Bijlagen

Foto’s:

Referentie: Thuisarts, Huidarts